In deze oefening in de Olympic tool werken we met survival skills.

Survival skills zijn bijzonder waardevol op de Vlaamse arbeidsmarkt. Die wordt immers steeds meer VUCA. Dit is een acroniem, dat staat voor Volatily, Uncertainty, Complexity en Ambiguity.

• Vluchtigheid (Volatility) verwijst naar de snelheid van verandering in een industrie, markt of de wereld in het algemeen.
• Onzekerheid (Uncertainty) verwijst naar de geringere mate waarin we de toekomst met vertrouwen kunnen voorspellen.
• Complexiteit (Complexity) verwijst naar het aantal factoren waarmee we rekening moeten houden, hun variëteit en de onderlinge relaties.
• Ambiguïteit (Ambiguity) verwijst naar een gebrek aan duidelijkheid over hoe iets moet worden geïnterpreteerd.

  Denk maar aan de invloed van Covid-19 op de arbeidsmarkt.

  De survival skills staan op zichzelf. Ze behoren tevens tot de 21ste -eeuwse vaardigheden of 21st century skills. Dit zijn skills die steeds meer aan belang winnen in onderwijs én op de werkvloer. ESF schrijft hierover in haar oproepfiche 473_21ste -eeuwse vaardigheden het volgende:

  ‘Het zijn skills die iedereen levenslang moet trainen op de werkvloer én via opleidingen. Deze vaardigheden kunnen zowel los als in samenhang gezien worden, maar altijd in combinatie met vakspecifieke kennis en vaardigheden.’

  Survival skills zijn ook -en in het bijzonder- gekoppeld aan ervaringen van werkzoekenden met een migratieachtergrond, die tot de eerste generatie behoren.

  We gaan uit van de aanname dat het gros van hen deze survival skills in zich heeft. Ze hebben immers succesvol hun land van herkomst verlaten, de overtocht gemaakt en bij ons een nieuw leven opgebouwd. Over deze aanname is quasi geen onderzoek gedaan. Het is een aanname die in het partnerschap Upgrade2work gedeeld wordt.

  We onderscheiden 11 survival skills. Een voorbeeld van een survival skills is: aanpassingsvermogen.

  De survival skills komen in quasi alle jobs terug: zowel de jobs waarin je werkt met het hoofd als die waarin je werkt met de handen.

  Een voorbeeld:
  Een huishoudhulp moet ook onverwachte problemen kunnen oplossen, haar mening durven zeggen tegen klanten of leidinggevenden, zich kunnen aanpassen, realistische doelen kunnen stellen, actiegericht zijn, kunnen samenwerken met haar leidinggevenden en klanten, doelgericht kunnen handelen.